08-16-2006, 09:19 PM
caf
|
08-16-2006, 09:36 PM
Reactie van bezoeker 'eGBERT', geïmporteerd van het oude forum:
Rudy, mooi stukje research en rapportage. Leuk om alles zo samengevat te lezen. Rickman bouwde ook de Metisse, ik meen dat het woord mengvorm betekent of zoiets, in ieder geval ook een legendarische machine. Herinner ik me goed dat de Metisse een cross motor was? Ik heb wel eens wat oude engelse motorblaadjes gelezen die vol stonden met advertenties voor verbeterspullen. Omhoog wijzende megafoondempers is zo'n nummer, en tot ver in de jaren '70 ook in Nederland de dubbele 4-leading-shoe voorwielen en de Ceriani voorvorken. Allemaal om je van huis uit wat tamme machine beter "hopelijk" te maken. Wel een leuk topic dit, het was een plezier om je samenvatting te lezen. Groeten, Egbert
08-17-2006, 12:05 PM
Reactie van bezoeker 'Rudy', geïmporteerd van het oude forum:
Nog een link: http://www.caferacer.net/index.html
08-19-2006, 12:25 AM
Reactie van bezoeker 'Henk', geïmporteerd van het oude forum:
Mooi stukje, Rudy! Ik vond in mijn "bibliotheek" nog een recentie van "Cafe Racers. Rockers, Rock 'n Roll and the coffee-bar cult" door Mike Clay. (192 blz, geillustreerd. Osprey 1988, f45,80 ISBN 0 85045 677 0. Het gaat me te ver om nu de hele recentie hier uit mijn toetsenbord te hakken, maar de essentie van het verhaal is dit: In de jaren 60 was dit caferacen populair onder de Engelse rockers. Volgens de recentie gooide een Londense rocker aan wiens rijkwaliteiten getwijfeld werd een muntje in de jukebox, en selecteerde "Sheila" van Tommy Roe. Dit plaatje duurde niet langer dan een minuut of drie. Wanneer de muziek begon, "rende hij naar buiten, en trapte zijn Triumph aan. Dan scheurde hij de North Circular Road op, en begon aan het voorgeschreven parcours van bijna zes kilometer". Volgens de recencent bestond de eerste test uit de stoplichten bij Stonebridge Park, en bij goed zicht kon het rode licht worden genegeerd, zodat met de kin op de tank voluit doorgetrokken kon worden met 145 op de klok tot aan de Iron Bridge. "Bij de Neasden rotonde stond een andere stamgast van de Ace, om er op toe te zien dat er niets van de route werd afgesneden. Net voor de laatste uithaal van Tommy Roe brulde de Triumph de parkeerplaats van de Ace weer op. Onder de goedkeurende blikken van zijn maten, en stil bewonderd door de rondhangende meisjes trok de rocker zijn motor op de standaard, zette zijn helm af, en had weer een overwinning op de dood behaald". Dit werd Record Racing genoemd. Het vond plaats vanuit de koffiebars en chauffeurscafees rondom Londen, in de jaren zestig. Volgens dit boek werd er gereden op Nortons, Triumphs en soms een enkele Vincent. Een motor die de "Ton-up" niet haalde werd niet serieus genomen. (Ton -up => 100 mph). De recentie gaat verder: "Een motor werd pas een cafe-racer door een aantal voorgeschreven ingrepen. Het belangrijkste waren de clip-ons. Andere vereisten waren naar achteren verlegde voetrusten, een verlengde benzinetank, een kort racezitje en "swept-back"uitlaten met een luidruchtige megafoon." "Cafe racers werden niet in fabrieken, maar in schuurtjes en garages gebouwd. Sommige ombouwstrategieeen werden zeer bekend, zoals het inbouwen van een Triumph blok in een Norton Featherbed frame ( de zogenaamde Tritons)" Aan het eind van de jaren zestig ontstonden er rondwegen rondom de Engelse steden, werden de verkeersovertredingen zwaarder beboet, en werd de Austin-Mini goedkoper dan een motorfiets, en bopendien was de achterbank van een Mini als liefdesbed te verkiezen boven de tank en buddyseat van een motorfiets.
08-19-2006, 12:40 AM
Reactie van bezoeker 'Henk', geïmporteerd van het oude forum:
Mooi stukje, Rudy! Ik vond in mijn "bibliotheek" nog een recentie van "Cafe Racers. Rockers, Rock 'n Roll and the coffee-bar cult" door Mike Clay. (192 blz, geillustreerd. Osprey 1988, f45,80 ISBN 0 85045 677 0. Het gaat me te ver om nu de hele recentie hier uit mijn toetsenbord te hakken, maar de essentie van het verhaal is dit: In de jaren 60 was dit caferacen populair onder de Engelse rockers. Volgens de recentie gooide een Londense rocker aan wiens rijkwaliteiten getwijfeld werd een muntje in de jukebox, en selecteerde "Sheila" van Tommy Roe. Dit plaatje duurde niet langer dan een minuut of drie. Wanneer de muziek begon, "rende hij naar buiten, en trapte zijn Triumph aan. Dan scheurde hij de North Circular Road op, en begon aan het voorgeschreven parcours van bijna zes kilometer". Volgens de recencent bestond de eerste test uit de stoplichten bij Stonebridge Park, en bij goed zicht kon het rode licht worden genegeerd, zodat met de kin op de tank voluit doorgetrokken kon worden met 145 op de klok tot aan de Iron Bridge. "Bij de Neasden rotonde stond een andere stamgast van de Ace, om er op toe te zien dat er niets van de route werd afgesneden. Net voor de laatste uithaal van Tommy Roe brulde de Triumph de parkeerplaats van de Ace weer op. Onder de goedkeurende blikken van zijn maten, en stil bewonderd door de rondhangende meisjes trok de rocker zijn motor op de standaard, zette zijn helm af, en had weer een overwinning op de dood behaald". Dit werd Record Racing genoemd. Het vond plaats vanuit de koffiebars en chauffeurscafees rondom Londen, in de jaren zestig. Volgens dit boek werd er gereden op Nortons, Triumphs en soms een enkele Vincent. Een motor die de "Ton-up" niet haalde werd niet serieus genomen. (Ton -up => 100 mph). De recentie gaat verder: "Een motor werd pas een cafe-racer door een aantal voorgeschreven ingrepen. Het belangrijkste waren de clip-ons. Andere vereisten waren naar achteren verlegde voetrusten, een verlengde benzinetank, een kort racezitje en "swept-back"uitlaten met een luidruchtige megafoon." "Cafe racers werden niet in fabrieken, maar in schuurtjes en garages gebouwd. Sommige ombouwstrategieeen werden zeer bekend, zoals het inbouwen van een Triumph blok in een Norton Featherbed frame ( de zogenaamde Tritons)" Aan het eind van de jaren zestig ontstonden er rondwegen rondom de Engelse steden, werden de verkeersovertredingen zwaarder beboet, en werd de Austin-Mini goedkoper dan een motorfiets, en bopendien was de achterbank van een Mini als liefdesbed te verkiezen boven de tank en buddyseat van een motorfiets.
08-19-2006, 08:33 PM
Reactie van bezoeker 'Luc Freson', geïmporteerd van het oude forum:
Amaai, toen ik dit topic opstartte, dacht ik niet dat het dermate zou uitgroeien. Maar we zijn nu goed bezig, en tot lering ende vermaec van alle geÔnteresseerden voeg ik hier graag nog een uittreksel uit een artikel aan toe (verschenen in Motor Klassiek nr. 2, jaargang 2001). CafÈracer: een woord dat velen onder ons zeer vertrouwd in de oren zal klinken. Maar wie kent er de juiste betekenis van? Een vraag die steeds brandender wordt in het vooruitzicht van de CafÈracerdemo in de Brabanthal te Haasrode (Leuven), op 29 april e.k. Onlangs stootten we in 'The Voice', het clubblad van de Norton Owners Club Flanders Branch, op het antwoord, prachtig verwoord door Jan Wolfert. De oude rotten onder ons zullen ongetwijfeld weten, welk type motorfiets met de term "CafÈracer" bedoeld wordt. Maar de uitdrukking wordt tegenwoordig door Jan en alleman gebruikt. Een reden om je eens af te vragen of iedereen nu ook daadwerkelijk weet, wat hiermee bedoeld wordt? Direct schieten de volgende vragen door mijn hoofd. Kan je wel een eenduidige omschrijving geven van de cafÈracer en aan welke criteria moet een motorfiets voldoen om een echte cafÈracer te zijn? Dus wordt mijn archief er eens op nageslagen, om deze vragen te verduidelijken of misschien wel op te lossen zijn. Maar de vraag: "Wie is verantwoordelijk voor dit type motorfiets en bijhorende naam?" zal wel altijd onbeantwoord blijven. Wanneer het woord "cafÈracer" in een Engels motorwoorden-, resp. terminologieboek wordt opgezocht, staat daar als betekenis: 1. A roadracer 2. A streetbike designed like a roadracer. Met andere woorden: een straatfiets die ontworpen is als een racemotor. Dus ooit is er, in het grijze verleden, iemand in Engeland geweest, die een echte racemotor voorzag van een koplamp en een achterlicht om hiermee ongestraft op de openbare weg te kunnen rijden. EÈn deel van de puzzel lijkt dus al ontrafeld. Wanneer een leek of beginnend motorrijder van de term cafÈracer hoort, is de daaropvolgend geplaatste vraag: "Da's zeker om van cafÈ naar cafÈ te scheuren?" Het zal blijken dat deze uitspraak het tweede deel van de puzzel geen geweld aandoet. Het ontstaan van de coffee bar cultuur!!! Na WO II kreeg de werkende man in Engeland het gelukkig ook wat beter. Deze toename van de koopkracht zou een geweldige invloed op de motorgeschiedenis hebben. Met Amerika, waar 'The Big American Dream' aan het ontwaken was, als grote voorbeeld, volgde een deel van de Britse jeugd deze rebellerende lifestyle. Het was de tijd van hoog opgemaakte kapsels, netkousen, motorfietsen, zwart leren jassen, speldjes, badges, coffee bars, jukeboxen, flipperautomaten, brilcream, vetkuiven, bakkebaardjes, spijkerbroeken en de Rock & Roll had zijn intrede gedaan. Elvis zingt: "If you're looking for trouble? Then look in my face." Natuurlijk doet Marlon Brando in '53 met de film 'The Wild One' (een film over een motorbende) ook een enorme duit in het zakje. Deze film zou de trendsetter worden voor iedere latere film die maar iets te maken had met motoren of jeugdbendes. Men was er in Engeland zo van onder de indruk dat het tot 1968 duurde vooraleer het toegestaan werd om de film te vertonen. Juist door dit feit wordt de film met een mystieke cultachtige sfeer omhuld. Maar de toon was wel gezet en niet langer was een motor een transportmiddel of iets waar je simpel op kon rijden. Nee, in de coffee bar cultuur werd de motorfiets een statussymbool. Logisch dat een zichzelf voortstuwend masjiene er dan ook indrukwekkend uit moest zien, met dienovereenkomstige prestaties. Dus als je een beetje mee wilde doen, dan lag er een dikke Engelse twin in het frame. In die tijd hadden alle nieuwe motoren trouwens agressieve namen, zoals: Dominator, Gold Star, Road Rocker, Tiger, Comet, Meteor, Black Shadow. Al deze gegevens samen zouden de kiem vormen voor de cafÈracerscene, die vooral in en rond Londen gestalte zou krijgen. Hier waren in de vijftiger en zestiger jaren namelijk diverse ontmoetingspunten waar motorrijders bij elkaar kwamen. De bekendste cafÈ's waren de Busy Bee aan de A41, Johnson's aan de A20 en het beruchte Ace CafÈ, dat aan de noordelijke rondweg lag. Verder waren daar de theestalletjes bij de Chelsea Bridge, High Beach in Epping Forest en Box Hill in Surrey. Denk nou niet dat er in deze cafÈ's gezopen werd! Want van origine waren dit stop-, respectievelijk rustplaatsen voor truckers die aan rust toe waren en de inwendige mens wat wilden versterken. Er was dus volgens oeroud Engels recept voornamelijk thee te verkrijgen. Maar na verloop van tijd verdween de trucker en werd zijn plaats ingenomen door de jeugdige motorrijder. En wanneer een groep motorrijders bij elkaar is, dan blijft pochen en uitdagen niet uit. Dat was toen zo en dat is nu nog zo. Er gold nog geen maximumsnelheid, de wegen waren - in vergelijking met nu - slecht en de wegligging van de motoren was verre van optimaal. Maar dit alles vormt voor de cafÈracers geen obstakel om op de openbare weg illegale racetjes te organiseren. Bovendien had de politie geen snelle motoren of auto's en van radarcontrole had men nog helemaal niet gehoord (wat moeten dat toch heerlijke tijden zijn geweest!). Zo beginnen de maten dus van het ene cafÈ naar het andere te racen. Een standaard motor met een hoog stuur en volle spatborden vertoont weinig overeenkomsten met een racemotor. Dus ondergaan de meeste fietsen een metamorfose. Om te beginnen wordt alle overbodige rotzooi eraf geschroefd en de ijzerzaag gaat in de lompe, grote spatborden. Het stuur wordt door clipons vervangen en als het effe kan, worden ze zo laag mogelijk op de vorkpoten geplaatst. De zithouding verandert zo al snel in een "met-de-buik-op-de-tank-houding". De voetsteunen worden wat naar achteren geplaatst. De buddyseat wordt vervangen door een "single racing seat". En indien aanwezig worden kilometer- en toerenteller er zo hoog mogelijk boven op de bovenste kroonplaat gemonteerd. Om het geheel af te ronden wordt de koplamp op de juiste plaats gepositioneerd en de racy look is daar. Ook de dempers ondergaan een modificatie, want bij een snelle motor hoort nu eenmaal een nog sneller geluid . En over een decibelletje meer of minder zeurde toen nog niemand. Het cafÈracen was als het ware nog een echte sport. De outfit van de cafÈracer zelf bestond, als hij het zich kon veroorloven, uit een RAF bomber jack, een paar legerlaarzen en bijhorende pothelm. Al was het dragen van een helm nog geen verplichting. 100 mph was ongetwijfeld de ultieme grens, want in die tijd waren er nog niet al te veel fietsen die dat presteerden. CafÈracers werden dan ook al snel ton-up boys of coffee-bar cowboys genoemd. Enkele cafÈracers waren zelfs zo goed dat ze hun kunsten op het circuit beproefden. Zo waren Dave Croxford en Paul Smart regelmatige bezoekers van het Ace CafÈ. Croxford presteerde het om drie maal Engels kampioen te worden en maakte later zelfs deel uit van het John Player Norton Team. Paul Smart reed later op Triumph- en Ducati-fabrieksracers.
08-19-2006, 08:38 PM
Reactie van bezoeker 'Luc Freson', geïmporteerd van het oude forum:
Nog ÈÈn uittreksel uit datzelfde artikel en dan stop ik ermee - beloofd! De dodelijke spelletjes Van cafÈ naar cafÈ racen is leuk, maar het kon ook anders. Als het even kon, werd de spanning nog wat opgevoerd. Zoals gezegd had de jukebox zijn intrede gedaan en een beetje zichzelf respecterend cafÈ had wel een Wurlitzer in huis. Wie en waar werd recordracing uitgevonden? Dit is niet te beantwoorden, maar bij het Ace CafÈ werd het blijkbaar regelmatig gedaan. Het spelletje had volgende regels: men koos een bepaald plaatje op de jukebox, sprong dan op de motor en trachtte voordat het plaatje was afgelopen een van te voren afgesproken parcours af te leggen. Bij het Ace CafÈ was dit traject drieÎneenhalve mijl lang. Bij het verlaten van de parkeerplaats sloeg men linksaf. Over de North Circular Road onder diverse spoorwegbruggen door. En passant werden bij Stonebridge Park een paar verkeerslichten gepasseerd. Maar omdat men naar beide zijden een goed uitzicht had, was het voor menigeen een aanvaard risico om ook bij rood licht door te knallen. Driekwart mijl met de kin op de tank, door een rechtse 90 mph-bocht. Daarna een oplopende bocht naar links die naar de beruchte Iron Bridge leidde. Deze werd met een slordige 80 mph gepasseerd. Dan vol in de ankers, afremmend naar 65 mph, om door een korte links bergafwaartse bocht te scheuren. Dan een 400 meter lange rechtse bocht die naar een rotonde leidde. Hier was men op de helft van het parcours. Bij de rotonde stond dan vaak een ooggetuige die controleerde of wel de gehele afstand werd afgelegd. Zoals gezegd kende men geen maximumsnelheid en daar het parcours grotendeels uit tweevaksweg bestond, was een gemiddelde van 70 mph haalbaar om een drie minuten durend singletje te verslaan! Eenvoudig was het zeker niet, want op de Iron Bridge sneuvelde menig cafÈracer in het harnas. Bij de Chelsea bridge werden zogenaamde Chicken Runs uitgevoerd. Dit behelsde het heen en weer scheuren van de brug naar een rotonde die zo'n kwartmijl verderop lag. Of van de rotonde richting brug blazen en het ijzeren expansiestuk van de brug met een snelheid van 100 mph passeren. Dan ankers en remparachute uit want aan de andere kant van de brug staat een stoplicht. Nu waren de remmen in die tijd niet zo goed als de huidige Brembo's, en knalde men nog wel eens ergens tegenop. Een chicken was dus iemand die het gas te vroeg dichtschroefde. De trend die op de cafÈracerscene volgt Vanzelfsprekend had en heeft dit hele cafÈracergebeuren een geweldige invloed op de ontwikkeling en de look van de motorfiets. Ten eerste waren er diverse onafhankelijke framebouwers, die de wegligging van het het Featherbedframe met een eigen frame wilden verbeteren. De meest ideale plaats om de wegligging van een motor te testen is natuurlijk het circuit. Wanneer een frame goed stuurt, komen de successen vanzelf en met deze successen naamsbekendheid. Menig frame ziet dus ook het eerste daglicht in een racemotorfiets. Maar de eigenbouw special is in Engeland tot een cultus verheven en het duurt nooit lang of de frames zijn in de vorm van een of andere kit te koop. Zo bouwen diverse mensen nieuwe frames die vaak naar hun zelf vernoemd worden. Colin Seeley begon met het bouwen van Seeley-frames, eerst voor het Matchless G50-blok. Maar na verloop van tijd lagen er dus Norton Commando-, Weslake-, Ducati- en zelfs Suzuki- en Honda-blokken in. Want de Jap fietsen stuurden in den beginne niet zo goed. Don en Derek Rickman verdienden hun sporen in de motorcross en bouwden in eerste instantie frames voor crossmotoren, waarmee ze dan zelf reden. Een naam voor deze frames? Het Engelse woord hybrid (bastaard) is in het Frans 'MÈtisse' en dat leek de broers wel wat. Maar het kan natuurlijk niet uitblijven dat er wegmotoren met een MÈtisse-frame en voorzien van een Triumph-blok verschijnen. Andere voorbeelden in Engeland zijn Dave Degens met zijn eigenbouw Tritons, Goodman die cafÈracers bouwt op basis van een Featherbed met een H-D-blok. Ook Rob North draagt zijn steentje bij: bekend zijn de Rob North Triumph- en BSA-driecilinders. In Zwitserland hebben ze Fritz Egli, die vooral door de Egli-Vincent bekendheid kreeg. In ons Nederland hadden we ene meneer Cees Fick die door onze Lieve Heer uitgerust was met een paar gouden handjes. In '68 bouwde hij reeds zijn eigen Norvins. De fiets was uitgerust met een Vincent Black Lightning-motorblok en voorzien van zelfgebouwde schijfremmen. Ondanks het 90 kg wegende V-twinblok bracht de fiets maar 155 kg op de schaal. Maar de motorfabrikanten zelf wilden natuurlijk ook een stukje van de koek. Norton bouwde de gele productieracer en de John Player Norton en zelfs een merk als Harley kwam met de H-D XLCR 1000 CafÈracer - toen geen succes maar nu een gewild verzamelstuk. Het is trouwens nog steeds de enige fiets die in de type-omschrijving het woord "CafÈracer" heeft. Maar in ItaliÎ kunnen ze natuurlijk ook wel een motorfietsje bouwen. CafÈracers of racereplica's bij uitstek waren de Ducati 750 Super Sport, Mike Hailwood Replica of F1. Laverda had zijn prachtige SFC. Moto Guzzi deed het met de V7 Sport en later met de le Mans. En MV Agusta bracht de 750 SS en 750 S America uit. Hoe moet dat verder met de cafÈracer? De beruchte cafÈ's in Londen zijn al lang verdwenen. Maar de cafÈracerscene is still alive and kicking. Dat blijkt als bij de 'Ace CafÈ en Chelsea Bridge' re¸nies duizenden cafÈracers opdraven. Het is voor ons onvoorstelbaar, maar het theestalletje bij Boxhill, dat er nog steeds is, trekt anno 2000 op een rustige zondagmorgen een slordige 5.000 motorrijders aan. De tijden zijn veranderd en om de zaak niet te veel uit de hand te laten lopen is ook de Britse Hermandad aanwezig. Stunts zoals wheelies, remproeven waarbij het achtergeveltje in de lucht gaat of racen tegen elkaar zijn uit den boze. Maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat het niet gebeurt. Dat de cafÈracerscene nog steeds in trek is, bewijst het feit dat in Engeland onlangs een club is opgericht die de Street Specials MCC heet. Hier kunnen alle Featherbed-, Harris-, Spondon-, Rickman-, Seeley-, Martin-, Egli-zelfbouwfanatici terecht. De mannen van Eeklo organiseren elk jaar de Seventies Cycle Run, een treffen waar alle Joe Bar-fanaten hun hart kunnen ophalen, Hans Tattoo de Classic CafÈracer Meeting te Lochristi, de mannen van Leuven 'Wie het oude niet begeert ...'. In Nederland heeft men de Road Rocket Club en kan je natuurlijk op de CafÈracerdag te Achterveld aan je trekken komen. Wat nu als je bij het zien van al die mooie cafÈracers een scheut krijgt en eigenlijk zelf ook zo'n laag scheurijzer wilt bouwen? Treur dan niet want al die legendarische frames worden nog steeds gemaakt. Onderschat het bouwen van een cafÈracer niet. Want er zijn al een heleboel lieden enthousiast begonnen, maar na een tijdje zagen ze de bui hangen. En dan krijg je van die zogenaamde UP's (unfinished projects). Kopen is ook een mogelijkheid. Want met een nieuwe Duuk, Speed Triple of Bimota sla je zeker geen slecht figuur. Maar voor mij persoonlijk is er maar ÈÈn echte cafÈracer en die komt uit een schuurtje of misschien wel van een zolderkamertje. Daar is door de bouwer zelf over nagedacht en met hart en ziel aan gewerkt. Soms met de nodige tegenslag. Maar ik kan jullie verzekeren dat er niets beter smaakt dan met je zelfgebouwde fiets over des Heren wegen te scheuren. Dat is, in ons door regels en ambtenaren geteisterde landje, natuurlijk verboden. Maar iets doen wat niet mag is en blijft altijd spannend. Jaren geleden werd mijn eigen droom werkelijkheid en ben ik op mijn cafÈracertje naar de Ace CafÈ, Chelsea Bridge Reunion en het eiland Man geweest. Door mijn cafÈracer kwam ik overal in contact met enthousiaste motormuizen en dat waren fantastische ervaringen. Dus is mijn advies: blijf ze bouwen! Ondertussen is er alweer een nieuw verschijnsel, de streetfighter. Dat is gewoon de opvolger van de cafÈracer. Want midden de jaren '70 ging de in financiÎle moeilijkheden verkerende Britse motorindustrie ten onder. Haar plaats was ingenomen door de Japanse merken. Maar de Britse jeugd, voorzien van de juiste genen, ging vrolijk verder met de zelfbouwprojecten. Veranderde de naam van de zelfbouwfiets in Streetfighter en toonde aan dat ze het nog niet verleerd was. Goed, want zelfbouw toont het verschil aan tussen een confectie- en een maatpak. Ook al is het maatpak niet altijd perfect.
08-21-2006, 10:19 PM
Reactie van bezoeker 'bert', geïmporteerd van het oude forum:
Hallo Arnold, ik heb nog altijd interesse in jouw cafe-raceronderdelen, geef me aub je mail-adres, nog met de motor in opbouw, alvast bedankt, groet Bert
08-21-2006, 10:47 PM
Reactie van bezoeker 'Egbert', geïmporteerd van het oude forum:
Luc, schitterend verhaal. Ik mis er maar 2 in dit stuk, qua frame bouw: de Jamathi mensen en Nico Bakker, beide uit Nederland. Ook zij hebben fors bijgedragen aan de mogelijkheden om een goed blok te monteren in een goed frame. Naar verluid werd de Jamathi bromfiets (50cc) begin jaren '70 veel gebruikt door wegracers om er een groter blok in te hangen, vanwege de kwaliteit van het frame. Nog een interessante: Bimota, de italiaanse hybrid bouwer. Dit onderwerp blijft fascinerend. Leuk, Egbert
08-25-2006, 09:34 PM
Reactie van bezoeker 'Arnold', geïmporteerd van het oude forum:
Hoi Egbert, Je slaat de plank wat jamathi betrefd weer hele maal mis. Jamathi is geen cafe racer was ook geen bromfiets. Jamathi is puur gebouwd als racer, door Jan Thiel en Marten Mijwaart. Daarna zijn de bromfietsen op de markt gekomen met een Franco Morini blokje. Na ruim 40 jaar is Jan Thiel nog steeds een gewaarderde technieker bij Derbi(hoofd race afdeling) Ik moest dit even recht zetten. Groeten Arnold R1100 met steun wiel |
« Next Oldest | Next Newest »
|
Users browsing this thread: 1 Guest(s)